maandag 3 september 2018

Franse rashonden

Het is heel dubbel wat ik in dit blog ga vertellen. Een ding is zeker: het gaat over honden en puppy’s en ik doe er veel foto’s bij want ze zijn zo leuk. 



Régis en U.W.O.


Na drie kruisingen (Parson Jack Russel, Friese Stabij en Border Collie) koos ik in januari 2016 bewust voor een Australische herder, een rashond die voldeed aan wat ik van een hond verwachtte. Wat dat was wist ik nog niet precies bij mijn eerste hondje in 2000. Een asielhond een gelukkig leven geven en zelf een altijd beschikbaar maatje hebben om erop uit te trekken stonden bij de adoptie van U.W.O. bovenaan. Hoe lief hij ook was, zijn werkelijke behoefte – konijnen jagen - was niet de mijne. Na vele ritjes Amsterdams asiel om hem op te halen na een van zijn vele avontuurtjes onder de grond, hielden hij en ik het tot hij stierf op zijn vijftiende, liefdevol uit met elkaar en daarmee was definitief de basis gelegd voor mijn hondenleven. 


U.W.O. 



Ik wist dankzij U.W.O. dat een iets minder eigenwijs type hond beter bij mij paste. Ik had geleerd hoe ik een hond moest trainen en we deden samen behendigheid wat U.W.O. leuker vond dan ik aangezien hij meestal al bij de eindstreep stond als ik halverwege het parcours nog eens aan kwam zetten. Hij blafte graag van opwinding waar ik niet goed tegen kon. Ik houd meer van stilte. Ach ja, ieder zijn talent en van tegengestelden kun je leren zei ik al in mijn vorige blog. Dat geldt ook voor mens en hond. 




Régis



Régis kwam erbij toen U.W.O. acht jaar was en dat was een hond die helemaal aansloot bij mijn behoefte en graag voor mij wilde werken zoals ik hem graag gaf wat hij nodig had: mentale uitdaging, lange boswandelingen en heel veel knuffels. We hebben met z’n drieën veel NS-dagtochten gemaakt, U.W.O. aan de lange lijn en Régis los waar het kon. Nadat U.W.O. overleden was viel er een groot gat. Régis was ontzettend makkelijk en de ideale hond om samen een nieuw puppy mee op te voeden, hij luisterde altijd en paste perfect bij mij. Het was wel erg rustig zo met een hond dus ik ging op zoek naar uitbreiding. 




Romeo op Régis 


Romeo was ook een kruising Friese stabij/ Border Collie, niet zwart-wit, maar blue merle en weer heel anders dan Régis. Hij kwam ook uit een eenmalig nestje dat ik via via op het spoor kwam, net als destijds Régis, en ik wist meteen dat hij het moest zijn. Romeo bracht weer hele andere karaktereigenschappen met zich mee. Hij is nu bijna vier en houdt er bijvoorbeeld van - net als zijn zusje - om tijdens de wandeling ongeveer vijftig meter vóór ons te lopen, iets wat ik er met veel geduld uit heb proberen te trainen, maar dat is niet gelukt. Romeo is gewoon een ondernemend type, een lekker jong die als eerste moet weten hoe of wat en daar vervolgens naar eigen goeddunken naar handelt. 



Régis en Romeo 



Toen we echter in Frankrijk kwamen wonen was Régis al wat op leeftijd en door de stilte en ruimte hier miste Romeo duidelijk een speelmaatje. Van een druk Lochems hondenbos waar hij uit zijn dak ging kwam hij in een land waar honden op het platteland meestal aan kettingen liggen of in hokken zitten. Ik had niet geheel volgens plan borstkanker meegenomen uit Nederland wat eerst behandeld moest worden en we zochten nog een fijne plek om te wonen voordat er ruimte was om iets aan zijn verveling te doen. Een hondje erbij was iets waar ik tijdens de ziekte enorm naar uitkeek. 



Kleine Juliette 



Het moment kwam. De Australische herder Nati the Hope alias Juliette, geboren in de week van mijn laatste bestralingen, kwam na twee maanden bij ons wonen. Ook bij haar zag ik haar en wist intuïtief dat zij het moest zijn. Ik had niet eerder een teefje gehad en ook het fenomeen rashond was voor mij nieuw. De reden was simpel: ik vond geen leuke kruising tussen alle jachthonden en werkende border collies die op de Franse Marktplaats aangeboden worden en de Elevage waar zij vandaan kwam professioneel over. 



Régis, Romeo en Juliette 



Nu heb ik dus een rashondje in huis. En met die keuze draag ik onbewust bij aan wanstanden in de Franse rashondenwereld en overal ter wereld. Ik ben nu bijna twintig maanden verder en erachter gekomen dat ook de honden van haar fokster elk half jaar nestjes hebben. Het is niet mijn bedoeling haar werkwijze zwart te maken maar ik ben ervan geschrokken en het zet me al een tijdje aan het denken wat ik eraan kan doen. Zij zegt dat ze volgens de wet werkt, maximaal drie nestjes in twee jaar tijd, maar die volgen elkaar volgens mijn berekeningen toch echt snel op... En dat is nog niet eens het ergste in mijn ogen. Ik weet niet wat de wet hierover zegt, niets vrees ik, maar wat als het gaat om de kwaliteit van leven van de honden die elk halfjaar zwanger zijn? 



Vrijheid om te spelen en ruimte om elke dag nieuwe geuren op te doen, voor iedere hond een vereiste? 



Daar ben ik voor mezelf en mijn honden heel erg streng in. Haar  productieteven rennen niet op jonge leeftijd (3,4,5 jaar) vrolijk door de bossen zoals de mijne. Ze komen daar het grote terrein niet voor af, alleen om gekeurd, ingeënt of onderzocht te worden. Productiehonden leiden over het algemeen dus helemaal niet zo’n leuk leven zoals de foto’s op de websites willen doen voorkomen... Ze is geen broodfokster, zeker niet, in massale puppy Mills gebeuren veel ergere dingen, maar ik merk wel dat ze haar eigen grens steeds verder verlegt. Nog mooiere hondjes fokken, nog meer kleurschakering in vacht en ogen en vooral: meer, meer, meer… Als een staart toevallig niet goed staat moet een nieuwkomer weg en als de kleur bij het ouder worden toch niet bevalt wordt het hondje ook verkocht. Het gaat dus toch om geld en niet het geluk van de honden? 

Régis en kleine Romeo



Het doet me denken aan grote katholieke gezinnen uit Nederland. Fanatieke gelovigen denken ook dat meer, meer, meer leidt tot beter en gelukkiger. Omdat God het wil en al die kinderen geschapen heeft. Ik ben zelf gelovig opgevoed (gereformeerd voor wie het wil weten) en misschien daarom wel net zo fanatiek als het gaat om het geluk en de kwaliteit van het leven van mijn honden. Het zal mij een worst wezen wat voor kleur Juliettes ogen hebben, toevallig zijn ze heel bijzonder lichtblauw en vind ik ze prachtig, natuurlijk. Ik had nog nooit zoiets gezien. Maar net als de amberkleurige van Romeo en die diep donkerbruine van Régis vind ik ze stuk voor stuk prachtig omdat ik van ze houd, logisch toch?  





Samen op pad 



Juliette kwam met vier weken vanuit een hoekje in het hok naar me toe toen ik mijn hand, voorbij de druktemakers vooraan, uitstak en ze in de kom kroop, dáár ging het om. Dat was waarom ik haar uitkoos. Zij hoorde bij mij en god, wat ben ik nu blij dat zij niet als productiehondje wordt gebruikt. Zo’n ongelooflijk aanhankelijk, zacht en lief wezen! Alles wat ik van een hond verwacht, net als bij de andere twee met dit verschil dat het een meisje is en ik meer ervaring heb voor de omgang met een hond die uitdaging nodig heeft. Mijn eerste meisje, dat is toch anders. Ik ben voorzichtig met haar en ik laat ook haar voor geen goud even buiten achter bij een supermarkt. Je hoort van die verhalen... 



Juliette 

De fokster baalde achteraf van de verkoop. Toen ik het weleens met haar over hondenshows had waarvan ik serieus dacht dat ze het net als ik leuk zou vinden om samen heen te gaan, (ik weet het, ik ben soms erg naïef) bleek dat ze liever had dat ik dan in een andere groep zou lopen. Juliette is perfect volgens de rasstandaard en dat betekent voor haar concurrentie. Wist ik veel! Dat is dus allemaal niet doorgegaan en het is maar beter ook, denk ik nu. We zijn het in de kern niet eens en dat is lastig. 



Juliette 



Het is ontzettend dubbel. Ik ben wars van welke vorm van selectie dan ook. Rashonden of kruisingen, waar gaat het nu eigenlijk over? Ik dacht laatst stel je toch eens voor dat we dat ook bij mensen zo zouden doen? Alleen op kleur en ras selecteren. Dat wordt een hele saaie en levensgevaarlijke wereld zo leert de geschiedenis… En dat doen we dieren wel aan? Alles in rangen en standen indelen, paarden, katten, honden enz. Wat idioot eigenlijk! 


 

Alle honden moeten vrij zijn om te kunnen spelen 



En tegelijkertijd gaat mijn onderzoek voort... Ik blijf contact zoeken met elevages in de buurt en mag bij ze langsgaan wat erg leuk is en wie weet tref ik op een dag mensen die net zo denken als ik maar zich toch op een leuke manier en vooral met écht gelukkige honden een weg hebben gebaand door de Franse rashondenwereld. Want met alleen maar kritiek leveren en oordelen maakt een mens ook geen verschil en zeker geen betere wereld voor de dieren. Wordt vervolgd!


Geen opmerkingen:

Een reactie posten